|
De woningmarkt heeft zich in 2006 hersteld in vergelijking met de jaren ervoor. Wie vorig jaar zijn woning verkocht kreeg daarvoor een prijs die relatief dicht bij de oorspronkelijke vraagprijs lag. Wel zijn er grote verschillen per woonregio en per woningtype. Met name verkopers van een ruime vrijstaande woning moeten nog vaak fors toegeven op hun oorspronkelijke vraagprijs. Hoe duurder de woning, hoe meer er van de vraagprijs af moet.
Dit blijkt uit onderzoek van Spacemakers.nl, een website die elk kwartaal het woningaanbod van Nederland onderzoekt. Volgens Spacemakers.nl worden vrijstaande woningen in het begin vaak te duur in de markt gezet. Veel kopers accepteren dit niet en dingen fors af op de prijs. De uiteindelijke verkoopprijs ligt in veel gevallen 10 tot 15 procent onder de aanvankelijke vraagprijs. Aan het einde van 2006 staan er in Nederland 139.700 woningen te koop, 3.200 meer dan aan het einde van 2005. Van het extra woningaanbod is meer dan de helft een vrijstaande woning. Voor vrijstaande woningen leidt dit tot verruiming van de keuzemogelijkheden voor de consument, voor de overige woningtypen is er minder keuze.
De gemiddelde vraagprijs van woningen is in 2006 gestegen met 1,8 procent naar 2.355 euro per vierkante meter. Vrijstaande woningen stegen het meest (2,1 procent), appartementen het minst (slechts 0,4 procent). De stijging vond plaats in het eerste half jaar, in het tweede half jaar zijn de vraagprijzen niet gestegen. De vraagprijzen zijn veel minder gestegen dan de verkoopprijzen. Die stijgen in 2006 naar verwachting 5 procent. Spacemakers.nl verwacht in 2007 opnieuw een gunstige woningmarkt. Het aanbod van woningen zal naar verwachting stijgen. Verkopers van ruime appartementen en vrijstaande woningen zullen echter ook in het komende jaar rekening moeten houden met een lange verkooptijd.
bron: Vastgoedmarkt
|